Prachtig Padjelanta: fragmenten uit nog een dagboek

Dag 1 – 31/08/2021
Ritsem – brug

  • afstand per helikopter: 12 kilometer
  • afstand te voet: 28 kilometer
  • aantal rendieren: ontelbaar veel
  • aantal steenarenden: 1
  • aantal tegenliggers: 17
  • gezelschap heli: piloot, twee meisjes uit Oostenrijk en wij
  • gewicht rugzak: 14 kilogram
  • gewicht rugzak Jehan: 18 kilogram
  • eigen gewicht: 59 kilogram
  • gewicht Jehan: 72 kilogram

Na onze nacht in het fjällstation van Ritsem namen we de fiskflyg helikopter om 8 uur. Dit op aanraden van eerst Antonio, de Spanjaard van Always Forward die we op de Kungsleden ontmoetten, maar eigenlijk echt van een Italiaanse hiker die in Stockholm environments creëert voor videogames. Mega cool! Zij en haar vriend-collega hadden net de Padjelantaleden gedaan. Ze gaf de indruk dat het een heel doenbare trail was. Zij en haar vriend waren goede vrienden geworden met de twee meisjes die bij ons op de bussen zaten.

Ik hoorde flarden van hun gesprekken en ontdekte zo dat hun plan was om Sarek te doorkruisen. Dapper! En ze lijken nog zo jong. Pas bij de helikopter raakten we aan de praat. Ze hadden drie maanden stage gelopen in Hotell Laponia in Arvidsjaur. Sarek was hun droombestemming en ze gaan nog naar school, als in naar een middelbare school. Echt jong dus!

Antonio was zoals gewoonlijk zijn charmante zelve met iedereen. Vooral met een Belgische (waarmee we Engels praatten omdat ze van Brussel was) die de Nordkallottleden aan het doen was. Ze was al een maand onderweg en had nog een week te gaan. Het leek een wonder dat ze al zover geraakt was want ze was zo onvoorbereid. De stugvärd is zelfs nog thuis en bij een vriend eten gaan halen omdat de Brusselse zonder eten zat.

Buiten 750 gram snabb makaroner was er in de hut niets meer beschikbaar van voedsel om mee te nemen. We aten pasta met bonen in tomatensaus en de overige 500 gram pasta zit nu in mijn rugzak voor als we niet toekomen met onze zes zakjes Adventure Food elk. Ook wij zijn niet helemaal voorbereid dus. Door onze platte band op de nacht van 29 op 30 augustus was ‘t chaos. Toen bleek dat Blåband uitverkocht was in de ICA van Jokkmokk hadden we geen keus dan vertrekken met eten voor zes dagen en hopen op eten in een hut.

Maar toen kruiste Jesper uit Helsingborg ons pad. Hij was op weg naar Ritsem. Hij had Sarek doorkruist. Hij had een enorme glimlach op zijn gezicht. Hij had nog eten over. Zonder een seconde te twijfelen gooide hij de inhoud van zijn rugzak op de grond en gaf ons twee keer vegan pasta bolognese en curry met noodles. Zelf gevriesdroogd en samengesteld. WAT EEN HELD! Jehan vroeg zijn nummer en kreeg het. Wat een heerlijke ontmoeting. “You look so happy!”, zei Jehan. “Yes, I am happy!”, antwoordde Jesper. Wat een motivatie die versterkt werd door de schouderklop die we elk van hem kregen. “Take care!” Oh ja, Jehan bood hem een Twix aan in de ruil. Hij wees hem af. “You will need it more!” We deelden hem nog mee dat de twee meisjes die volgden van plan waren Sarek te doorkruisen en dat ze zijn raad zeker konden gebruiken. Kort na ons ontmoette hij hen maar de babbel leek niet zo lang te duren.

Vervolgens kruisten we drie Zweedse hikers. Volgens mij 60-plussers die net aan het opruimen waren na hun pauze. Twee dames, één heer. De blonde dame (die in Guayaquil gewerkt heeft) was het vlotst, de meneer was het schattigst. Op de Kungsleden waren het altijd de muggen, hier (vandaag toch) het weer. De man zei op zo’n mooie manier dat de wind de wolken wegblies. Zijn exacte Engelse woorden weet ik niet meer. Het weer was ook wel speciaal. Vandaag kwam na regen echt zonneschijn, hoe kort ook. We zagen ook een heleboel regenbogen.

De regen maakte het extra spannend op de vele natte planken (cfr. mijn vallen op de Kungsleden) maar de temperatuur is aangenaam. Tijdens de vijf minuten durende helikoptervlucht was het droog en zonnig. Maar al snel kwamen de regenbuien. Of eerder buitjes. Nu is het al even goed aan het regenen, maar we zitten gezellig in de tent. Daarnet hadden we een super mooi zicht. De bergen in de mist die even wegtrok aan het meer waar de wind golven maakte alsof het een zee was.

Ondertussen zagen we ook al de brug waar we wouden kamperen. Ondertussen dacht ik terug aan onze ontmoeting met zes dappere 60-plussers (volgens Jehan misschien zelfs 70-plussers maar dat denk ik niet) in de regen. Zij kwamen van de hut (waar wij nog elf kilometer vandaan zijn) en waren op weg naar de Gisurishut. Zij vroegen ons waar wij vertrokken (Jehan is snel een pisje aan het doen nu het even gestopt is met regenen. Daarnet was het mijn beurt en ik ben ook nog naar de rivier gestapt om water bij te vullen. Ik was net op tijd! De regen had mij in mijn onderbroek bijna te pakken) waren. Toen we Ritsem zeiden waren ze onder de indruk. Ze waren ook onder de indruk van Jehan zijn optimisme over het weer. Maar hun onder de indruk zijn van ons vertrekpunt bracht mij wat in de war. Want zij waren minstens even indrukwekkend bezig. OK, wij hebben 28 kilometer op de teller en zij zullen er 24 hebben. Maar ik kan alleen maar hopen dat ik op die leeftijd met partner en vier vrienden kan genieten van een tocht van 24 kilometer in de regen. Chapeau! Ondertussen is het al wat aan het schemeren en heb ik bijna mijn koplamp nodig. Het is nu 20u46. Wat een topdag! Slaapwel!

Dag 2 – 01/09/2021
25 kilometer

Schrijven bij kaarslicht in de Árasluoktastugorna. Aan het raam. Buiten loopt er een rendier te grazen.

We betaalden elk 500 kronen voor onze privé stuga met zes bedden, keukentje, droogruimte en wasruimte (die ik nog niet gezien heb. Ik ben ook niet van plan om mij te wassen).

De stugvärd is een Sami zoals ik mij een Sami voorstel. Hij kwam daarnet de betaling regelen, zat gezellig bij ons aan tafel en kon maar niet geloven dat ik van Ecuador kwam. Hij dacht eerst dat Jehan van Ecuador was. Dat is nu al de tweede keer deze trail en de derde keer deze zomer (de vorige keer was op de Kungsleden). We dachten dat het aan Jehan zijn Peru-pet lag maar nu had hij zijn pet niet eens aan. Urgh. Ik zie er niet Ecuadoriaans genoeg uit.

De stugvärd Riker of Rikert toonde ons zijn klein winkeltje. We kochten er een cola en vegan chili sin carne voor de volle 200 SEK. Morgen is er vers brood, gebakken door Riker’s vriendin. Als we om 8u30 vertrekken mogen we het bij hem thuis gaan halen. Doen we! Al is het om de binnenkant van een Sami huis te zien. Ik weet niet wat ik ervan verwacht maar volgens Jehan gaat het een standaard Zweeds huis zijn.

We hebben daarnet Jesper zijn vegan pasta bolognese gegeten. Echt lekker! En spicy. Jehan zijn ogen waren weer groter dan zijn maag en hij heeft veel te veel extra pasta bijgemaakt. We hebben moeten proppen.

Ik voel mij wat verkouden. Dus ik ben toch wel blij dat Jehan in de hut wou slapen. Nu kan alles goed drogen. Deze morgen regende het nog, tot net voor vertrek. De tent nat in Jehan zijn rugzak. Onze voeten in onze natte kousen in natte schoenen. De uiteinden van mijn jas klam. Maar we zijn vol goede moed begonnen aan een vrij droge dag in opnieuw een prachtige omgeving. Overal rendieren, zonneschijn tijdens onze pauzes en twee koppels steenarenden. Of misschien zelfs meer.

Veel rendiervrouwtjes die hun nieuwsgierige kalfjes moesten intomen of tegenhouden om niet dichterbij te komen. Mannetjes met al ‘afgeschraapte’ geweien.

Het berglandschap <3. En dan natuurlijk de medehikers. Weinig epische ontmoetingen. Korte begroetingen of een kort gesprekje over de arend met een Zweeds koppel.

Dan is er nog de kakigroene regenhoes die we vonden. Ik hing hem, naar Zweedse gewoonte, vast aan een rots. Kort daarna kruisten we vier hikers. Toen ik omkeek had één ervan de regenhoes vast. Kort erna hoorde ik gefluit en zag ik dat hij naar Jehan toe ging met de hoes in zijn handen. Blijkbaar was het de hoes van iemand in het zwart in gezelschap van een man en een vrouw die zo’n vijftien minuten op ons voor liepen. Jehan stak de regenhoes onder mijn regenhoes. Nog geen tien minuten later zagen we voor ons drie mensen wandelen waarvan één zonder regenhoes.

Hij was ons dankbaar maar niet zo sympathiek. Hij zuchtte en was vrij slechtgezind. Het was een dure regenhoes, hij moest off trail vandaag, hij had geen ‘dank u’ gekregen van het meisje van wie hij de reeds twee uur vermiste handschoenen had gelokaliseerd (niet eens teruggebracht), het was ‘just windy’, de originele regenhoes van zijn rugzak was niets waard. Jehan heeft dezelfde en sprak dit tegen. “But your backpack is not so full”, was zijn verklaring. Urgh. Kort erna kruisten we een meneer die zei dat Jehan een “nice hat” had en Jehan wees de sir erop dat zijn regenhoes niet goed over zijn rugzak zat. Hij leek dankbaarder dan de kerel van de dure regenhoes.

Hoe dan ook, ik ga mijn theetje drinken en op tijd in mijn bed kruipen. En ook mijn tanden poetsen! Is gisteren niet gebeurd! Oh ja, we zagen een eland vandaag! En ik gleed ook uit op weg naar het toilet hier. Op mijn slippers. Op mijn rechterbil en hand. Ik heb ‘t wel mooi gered. Jehan had blijkbaar een foto van mij getrokken en nog even gekeken. Maar hij moet echt nét mijn val gemist hebben. Jammer! Of misschien toch niet.

Vandaag hebben we ook een paar pittige beklimmingen en afdalingen moeten doen. Bij mij ging ‘t vlot. Hoewel ik bij de eerste beklimming lopen hijgen heb. Jehan had last van zijn knie. Maar nu kunnen we helemaal tot rust komen. Zalig!

Dag 3 – 02/09/2021
Árasluoktastugorna

Opgestaan met een zere keel. Hoest, gees. Veel gezweet vannacht. Toen ik eerst nog even bij Jehan lag terwijl hij lag te lezen werd ik verward wakker. Ik had het gevoel dat mami bij ons op de kamer lag. Ik vroeg hem of we alleen waren. Toen kroop ik in mijn eigen bed om de hele nacht te liggen zweten. (Op dit moment ben ik aan het eten van het verse brood van Riker’s girlfriend. Het is heerlijk! Met rozijntjes en andere besjes.) Maar ik schrijf vanavond verder. We gaan vertrekken!

Elf kilometer verder sloten we onze wandeldag af in de Staloluoktastugorna. De ochtend begon niet super. Ik had de hele nacht liggen zweten. Wanneer ik wakker werd had ik het gevoel dat mami er was. Deze ochtend zei ik dit aan Jehan en hij had hetzelfde gevoel gehad. Zo vreemd! Hopelijk geen slecht teken ofzo! Ik geraakte maar niet uit bed vandaag. We hebben dus ook niet gezien hoe Riker zijn huis er vanbinnen uitzag. Met een zwaar hoofd ging ik naar het toilet voor een ochtendplasje. Jehan zou ondertussen een theetje zetten. (…) Ondertussen regende het buiten. Riker liep al rond met zijn hond Luke in zijn kielzog. De bergtoppen rondom ons hadden een witte laag. De sneeuw! Zo dichtbij! Wat een omgeving! Padjelanta is prachtig.

Vannacht was ik opgestaan om naar het toilet te gaan. Geen noorderlicht, het was te bewolkt maar wel een complete duisternis. Beangstigend! We vertrokken in de regen. Doorweekt klommen we richting besneeuwde toppen.

Wat we toen nog niet wisten was dat het pad ons hoger leidde, richting sneeuw. Ik had het even moeilijk en moest even huilen. Heel kort maar. We moesten vooruit. Jehan stelde voor om in Staloluokta te stoppen. Vond ik een goed idee. Ik voelde mij niet 100% en ik was doorweekt. Hoe hoger we klommen, hoe dikker de sneeuwvlokken.

Ondanks mijn doorweekte kleren, rugzak en schoenen was het magisch. Het landschap, de sneeuw, de rendieren <3. Sneeuw betekent ook gladde planken. Wat op zijn beurt betekent dat ik onderuit ga. Plots schoof mijn voet vooruit en zat ik op mijn gat. Mijn linkerbeen deed een beetje pijn. Maar mijn ego deed meer pijn, denk ik. Of het was van het schrikken, maar daar was mijn tweede huilbui. Toch bleef ik genieten, zelfs na mijn tweede val in het besneeuwde gras, naast de planken. Deze uitschuiver bracht mij aan het lachen. Gelukkig!

Kort daarna daalden we af, minder sneeuw. We kruisten de eerste (en enige) tegenliggers. Vier Zweden aan het meer. Ze waren nog vrij droog en enthousiast. Ze waren in Staloluokta vertrokken.

De wandeldag ging snel. Voor we het goed en wel doorhadden zagen we de hut al in de verte. Nog een modderige afdaling en steile planken trotseren. Ondertussen leek het even alsof de zon erdoor kwam. Of toch zijn best deed.

Daarnet heeft de zon zich laten zien! Hier in Zweden laat de zon zich elke dag zien! Daar was dan eindelijk de hut. We kwamen aan na een dame. Ook doorweekt en super slechtgezind. De zuurpruim. Ze claimde snel snel de enige kamer voor twee. Liep in een enorme boog rond ons. En gaf bot wat uitleg over de kamers. “That’s my room!” Urgh. En hier in de eetzaal is ze extreem vriendelijk tegen drie Zweden en een Pool. Maar echt extreem. Ze heeft duidelijk een pik op ons. En al van de eerste seconde. Want toen we binnenkwamen kregen we geen “hallo” terug. Gelukkig zijn er wel vriendelijke mensen. Zoals de man van de Parfas Kiosk.

We kochten twee blikjes Trocadero, één doosje Pringles, 245 gram gerookt rendiervlees. Het weerbericht kregen we er gratis bij. En de vuilniszak voor in mijn rugzak ook. Mijn regenhoes is absoluut niet meer waterdicht. Dus echt alles, nee, niet alles. Alles, behalve mijn dons en kledij in de drybag, was nat. Alles ligt nu te drogen op onze kamer.

Nu is het gezellig in de eetzaal. GPS’en die piepen, waterketels die vreemd fluiten. Iedereen doet iets bij kaarslicht. Babbel bij een pintje (de drie Zweden), tekenen (de Duitse vrouw), borduren (de zuurpruim), lezen (Jehan), schrijven (ik), … De Belgische van Brussel is hier ook.

Oh ja, Jehan zei vandaag dat hij meer wilt lopen om dan de Padjelantaleden te lopen. Mooi plan! Ik moest hem eraan herinneren. Maar hij blijft er dus wel vanuit gaan dat hij terugkeert naar Zweden…

Dag 4 – 03/09/2021
Staloluoktastugorna – Duottarstugorna
18,8 kilometer gewandeld. Van hut naar hut.

De omgeving is hier prachtig.

De stugvärd (Andrew blijkbaar) is mega zuur.

Hij zit nu naast mij en hij is precies vriendelijker. Hij komt onze factuur opmaken. Jehan vindt hem bijna gezellig zelfs. Hij doet ons aan Bavo denken.

Er is zonet een man aangekomen. We gaan de cabin dan toch niet voor onszelf hebben. De stugvärd heeft alle andere cabins al gekuist en gesloten. Enkel de wintercabin is nog open en daar zitten wij in. Niet helemaal oké.

Onze kamergenoot is een gezellige ‘old runner’. Hij heeft vandaag 44 kilometer gelopen. Knap!

Maar dus hoe de dag ging. Deze ochtend was ik vroeg wakker. Ben ik nog even bij Jehan gekropen. Na 40 gezellige minuten ben ik gaan ontbijten. Enkel de zuurpruim was er. Maar ze was sympathiek. Ik mocht van het water dat zij gekookt had gebruiken. Al snel kreeg ik gezelschap van Jehan. Verder was het rustig. Pas toen wij onze rugzakken aan het maken waren was er meer beweging in de eetzaal. Het Duitse koppel was brood aan het maken. Ze hadden deeg mee, deden er kokend water bij, maakten er balletjes van en bakten het in de pan. Het rook heerlijk! De man vertelde ons dat het een Canadees recept was. Moet ik eens opzoeken als we thuis zijn.

We vertrokken als eerste uit de hut! “Een primeur”, zei Jehan. De dag begon droog. Ik zag het helemaal zitten. De vers besneeuwde bergtoppen rondom ons. De zon die af en toe (en vooral tijdens onze middagpauze) mijn gezicht heerlijk verwarmde.

De hele dag wandelden we tussen de besneeuwde bergen. Ik had direct mijn favoriete berg gevonden. En de berg ernaast leek op een berg die te zien is vanuit Mami Abuela haar huis. Maar dan met sneeuw.

Ik nam vandaag ook een filmpje op voor opa zijn verjaardag. Met mijn favoriete berg op de achtergrond.

Ook vandaag zagen we een heleboel rendieren. Veel moeder met kind en ook kleinere kuddes. Het was echt een fantastische wandeldag. Bijna moeiteloos door de schoonheid.

Zelfs toen het begon te sneeuwen. Het sneeuwt nu nog steeds. We bevonden ons in een magische kom. Rondom ons allemaal hoge bergen. Om uit de kom te geraken moesten we door rotsachtig en machtig terrein. Met een extra dramatische touch gegeven door de sneeuw.

En plots was de Duottarstugorna in zicht. Plots zagen we op ons pad een bordje dat zei “Duottar vad 1 från 2”. En dan links de rivier die we over moesten zonder brug. “Dan worden onze schoenen nat en drogen we ze deze nacht in de hut.”

We staken de brede rivier over.

Verder moesten we een nog breder stuk overbruggen. Met wat “eilandjes” tussendoor. Het ging super vlotjes eigenlijk. Onze schoenen waren goed nat maar onze voeten niet echt.

Er is nog een tweede kamergenoot toegestuikt. En de stugvärd is er ook. Het is hier gezellig nu. Vier mannen en ik. De tweede (of eigenlijk vierde) kamergenoot is van Duitsland, denk ik. Hij schrijft blijkbaar een boek in het Duits over de nationale parken in Zweden.

Daarnet was het een heus avontuur om naar het toilet te gaan Ik moest een sneeuwstorm trotseren. Wanneer ik de deur van het toilet open deed vloog de deur open en vloog ik bijna mee. Ik hoop dat ik vannacht niet naar het toilet moet. Duimen!

Dag 5 – 4/9/21
Duottarstugorna

Er zijn vannacht om iets na 22 uur nog twee mensen toegekomen. Bakske vol! Twee Zwitsers hadden hun tent opgezet maar zijn dan opgeschrikt door de sneeuwstorm. Ik vraag mij af hoe het het de twee andere Duitse koppels is vergaan. Het ene koppel ‘introverten die zich beter voelen dan de rest’ (een analyse van mij toen ze op onze bus zaten) passeerde de hut gisteren maar besloot achter een heuvel op zo’n vijf kilometer van de hut beschutting te zoeken voor de westenwind, op aanraden van de stugvärd.

Martin left the building.

Ondertussen zitten we in de tent. We legden vandaag 21,5 kilometer af. De dag begon, na een gezellig druk ontbijtje in de hut, in een verse laag sneeuw. Het landschap was adembenemend. We hebben nog een heel eind door de sneeuw moeten wandelen.

Tim was voor ons vertrokken. Toen wij aan het toilet stonden zwaaide hij nog eens voor vertrek. Het koppel van de omgeving van Zürich moest nog naar de stugvärd eerst om te betalen. Hen hebben we in de verte achter ons nog naar rendieren zien kijken. Tim haalden we in aan een vrij brede rivier die we over moesten. Na de ervaring van gisteren besloot Tim deze keer zijn schoenen uit te doen. Jehan ging een stuk terug om hem zijn stokken te geven om over te steken. Toen hij over was lieten we Tim met natte (en waarschijnlijk koude, ijskoude) voeten achter.

De helikopter zal hem ondertussen al naar het warme Kvikkjokk gebracht hebben. Ervoor waren we een loper gekruist die Tim blijkbaar al op de hoogte had gebracht van die rivier die we over moesten. De Zwitserse vrouw had mij deze morgen nog gevraagd of ik wist van nog “river crossings”. Ik zei dat het “unusual” is en “an exception”. Ze stak haar Crocs dieper in de rugzak. Ze zal ze dus toch nodig gehad hebben vandaag.

Toen de sneeuw begon te minderen en we meer in gesmolten pap liepen (de zon scheen ondertussen!), zagen we de Darreluoppalstugorna in de verte.

En een tegenligger, met een Peru-muts! Het was de stugvärd, Nils! Hij was onderweg naar boven met een gigantische rugzak. Hij zou die daar gaan droppen om mee te geven met de helikopter. Zijn plan was dus op en af gaan! Dapper!

Het hele gesprek verliep in het Spaans. Hij sprak foutloos! Indrukwekkend. Zijn vrouw is van Peru. Silvia García. Hij was ook al in Ecuador geweest en kende El Tambo! Hij was al in Cuenca geweest en ook in Baños. Daar ondernam hij met een vriendin een poging om de Tungurahua te beklimmen. Maar zijn vriendin was uitgeput en dus zijn ze moeten terugkeren zonder de top te bereiken. Dan werden ze ook nog eens overvallen door een gemaskerde jongeman. Met mes op de keel enal. Maar toen een vrouw met een ezel verscheen gaf de jongeman hen het geld terug en liep weg. Waarschijnlijk uit angst om herkend te worden. Jammer verhaal! Maar hij was wel nog steeds enthousiast over Ecuador. Je hebt er alles op een kleinere oppervlakte. Het is toegankelijker.

Hij vroeg ons ook nog hoeveel mensen volgden. Martin had hij al zien passeren met zijn kleine rugzak. We vernoemden het Zwitserse koppel en het Duitse koppel (van de Staloluoktastugorna, met het lekkere brood) en Tim die van plan was om de helikopter te nemen aan de hut. “Had ik dat geweten kon ik mijn rugzak met die helikopter meegeven.” We wisten helaas niet wanneer Tim zijn vlucht was maar hij zat niet zo heel ver achter. Nils ging verder gaan tot hij Tim kruiste om dan te zien of hij zijn rugzak kon meegeven en dus niet helemaal tot Duottar en terug moest stappen.

Toen we aan de hut waren kochten we in zijn winkeltje vers brood en snoepjes (beertjes) voor 105 SEK. Zijn kassa stond er en wij moesten maar wisselgeld nemen indien nodig. Wat een vertrouwen! Het brood smaakte met het gerookte rendiervlees en Marabou chocolade. De zon scheen.

Ondertussen was de stugvärd terug. Met rugzak. Hij zou ze dus kunnen meegeven met de helikopter die Tim gereserveerd had.

Voor we te koud kregen, zetten we aan voor de tweede helft van onze 20+ kilometer, in een sneeuwloze vallei.

Het was zelfs bijna warm. Ik was aan het zweten op sommige momenten. Ik schrok ook van een alpensneeuwhoen die plots opvloog. De veerpennen waren al wit! Ze beginnen al weer wit te worden. De zomer zit er echt op. De Padjelantaleden zit er voor ons ook bijna op. Nog twee korte dagen normaal gezien. Onze tent staat nog net in Padjelanta.

Morgen verlaten we het Nationale Park dat mijn hart (en dat van Jehan) veroverd heeft. Zoals de hiker die we aan de hut tegenkwamen zei: “once you’ve been here, you will keep on coming back.”

Dag 6 – 5/9/21
Luoppal
Afstand: 21,3 kilometer

We zijn niet meer in Padjelanta en mijn motivatie was meteen een stuk minder. Deze morgen genoten van een ontbijt met zelfgeplukte (bevroren) bosbesjes en snel de grens van Padjelanta overgestoken.

Een viertal kilometer naar de Tarrakaisestugan. Ah neen, naar Såmmarlappastuga. De eerste STF hut. Korte pauze. Ik at (met wat tegengoesting) twee Chimpansee proteïnerepen met berries. Die volgens mij echt wel door Jehan zijn gekocht maar hij ontkent en zegt dat ik die gekocht heb. Dat geloof ik echt niet. Ik zou nooit proteïnerepen kopen. In zo’n verpakking. Met bessensmaak. Ik heb ze flink opgegeten, naar de wc geweest (helaas maar een kleine grote boodschap) en weer mijn moed bijeengeraapt.

Na nog geen tien minuten kreeg ik buikpijn. Sowieso door die repen! We zetten ons op een mooi plekje en Jehan zette kamillethee voor mij. Aan het water hadden we zicht op een mama rendier en haar kleintje. Ze hielden ons even in de gaten maar gingen al snel liggen chillen.

Na mijn deugddoend theetje moest Jehan kakken. Hij verdween met de wc-rol in de bosjes. Ondertussen staken de rendieren over naar een eilandje op de rivier. Na Jehan moest ook ik kakken. En tien minuten ervoor was het niet gelukt in de hut. Urgh. Ik had echt veel veegwerk. Urgh. Drollen begraven en weer verder.

Oh ja! Nog voor we de hut bereikten vlogen er plots een tiental alpensneeuwhoenen op uit de struiken. Zo’n mooi beeld! Allemaal broers en zussen.

Het was een mentaal zware tocht. Door berkenbos. Veel rotsen, natte planken en modder. Af en toe een beek die overgestoken moest worden.

Aan de Tarrekaisestugan ontmoetten we twee jonge Zwitsers zonder concreet plan. Een beetje Padjelanta en Sarek. Afhankelijk van de omstandigheden. (Ik heb mijn koplamp moeten opzetten om verder te schrijven. Het is 20.16 uur.) We deelden tips en ervaringen. Ze hadden vier rendierworsten gevonden in een vuilbak. En moesten Jehan zijn chili con carne y con prei niet hebben. Zij hoopten na een uurtje een kampeerplaats te vinden. Met onze tips. En wij ook met die van hen. We passeerden het (blijkbaar) Zwitsers koppel introverten in hun tent en vonden na vier kilometer een zeer mooi plekje.

Het veertje is mijn geluksbrenger van vandaag. Jehan stak hem eerst op mijn muts en dan in mijn vlecht. Ook de wind gaf mij vandaag een duwtje in de rug toen ik met een zucht op een rots ging zitten. Al bij al een goede dag. Veel lopen dagdromen. Over Nona en co., over mijn relatie met Jehan, en dan vooral over dit soort avonturen. Hoe ik meer wil van het avontuur maar Jehan zijn nood aan comfort en materialistische ingesteldheid ons in de weg zit. Ik ben er nog niet helemaal aan uit.

Dag 7 – 6/9/21
Kvikkjokk

Het zit erop! We liggen in onze tent aan de rapids van Kvikkjokk, na een lekker diner in het Fjällstation.

Een dag van 16,96 kilometer te voet en meer dan zes kilometer per boot. Met stuurman Björn en zijn geniepige blauwe oogjes.

Hij kende ons nog! Zotjes! Twee kilometer na Helena gebeld te hebben zaten we in het zonnetje te wachten. We waren onderweg het Zwitsers koppel introverten al gekruist. Zij gingen de boot pas morgen nemen, hadden ze gezegd. Toch kwamen ze plots toe. Ze vroegen of het oké was om met ons de boot te nemen. Natuurlijk!

Björn kwam aangevaren met een bijna volle boot. “You called. And you two just arrived?” We waren met tien dan. In theorie twee teveel. Maar gelukkig hadden we niet zoveel bagage.

Björn nam ons mee op een hele tocht, door het lake naar the lagoon. Hij vertelde en vertelde. In het Engels en Duits. Hij bracht ons aan het lachen en gaf ons riet te eten. Vol mineralen!

Hij vertelde uiteraard over zijn patatten die hij geoogst had. Hij vroeg mij hoe ze dit in Ecuador deden. Ik had geen idee. Ik eet ze gewoon op, zei ik. Het was een gezellige bende. De “oversteek” duurde uiteindelijk een uur ofzo. We waren te laat voor een snack in het fjällstation. En voor het diner moest je reserveren, hoorden we gelukkig op de boot van een Duits koppel. Een tafel voor twee om 18 uur op naam van Elisa. Check!

De dag begon met een bijna klare hemel. Ontbijtje buiten, eindelijk! Wel alleen. Jehan begon al alles op te ruimen. Hij was precies opgejaagd en dit zorgde al voor wat spanning bij mij. Kort erna brak de ruzie uit. We hebben gezegd wat we wilden en konden verder. Door het bos. Aan de Nunjestugan kwamen we even boven om dan snel weer het bos in te zakken. De laatste loodjes. Morgen om 5.20 uur de bus naar Jokkmokk. Ik zou beter gaan slapen. Het is 22 uur, denk ik.

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *